Gemeenschappelijk wonen, zonder in te leveren op je vrijheid
Een gemeenschappelijk wooncomplex zonder projectontwikkelaar of zorginstelling, maar gebouwd door bewoners zelf – die ook nog eens allemaal vijftigplussers zijn. Dankzij ‘crowdbuilding’ woont Jan (74) zelfstandig, sociaal én toekomstbestendig. Hoe is dat?
Crowdbuilding: voor en door bewoners
‘Mijn vrouw en ik woonden jarenlang in een huis uit 1929, in de stad Groningen. Een prachtige woning op een fijne plek, maar veel te groot toen onze twee zoons uit huis waren. Bovendien moest er ook het nodige aan gebeuren, wilden we het toekomstbestendig maken. Wat doe je dan?’
‘Wij keken rond naar iets kleiners. Nieuwbouw leek ons wel zo comfortabel en toekomstproof, maar dan wel het liefst in Groningen. Via via hoorde ik over een groep mensen die samen een wooncomplex voor senioren wilden opzetten: het Ebbingehof. Veertig huurappartementen in het Ebbingekwartier in Groningen, op loopafstand van het centrum en het ziekenhuis. Geen projectontwikkelaar, geen woningcorporatie, maar voor en door bewoners zelf. Dat heet crowdbuilding: samen een woonplek ontwerpen, bouwen en beheren.’
Hulp dichtbij als het nodig is
‘De laatste tijd ben ik meerdere keren geopereerd, toen kon ik veel dingen niet meer zelf. Dan is het zó fijn dat mijn dochter en schoonzoon makkelijk eventjes langs kunnen wippen om te koken of om boodschappen af te geven. Maar ze hoeven echt niet elke dag te komen kijken of het wel goed met me gaat. Ook al heb ik wel gezegd: als om tien uur mijn gordijnen nog dicht zijn, dan deugt het niet. Dat weet mijn dochter nu, en dat is genoeg.’
Van sceptisch naar enthousiast
In het begin waren we best sceptisch over gemeenschappelijk wonen. Mijn vrouw dacht: dat wordt alleen maar verplicht sociaal doen. En moet je dan altijd en tegen iedereen vriendelijk zijn? Maar we gingen in gesprek met de initiatiefgroep. En hoe meer we hoorden, hoe meer enthousiast we werden. Vooral het idee dat je zelf mag meebeslissen, sprak ons aan. We besloten ervoor te gaan – en ik ben sinds 2019 zelfs betrokken bij het project als bestuurslid van de stichting.’
Zelfstandig maar niet alleen
‘In december 2021 zijn we hier komen wonen en dat doen we nog altijd met veel plezier. De jongste bewoner is rond de 50, de oudste rond de 90. De meesten zijn gepensioneerd, maar hebben een actieve achtergrond. Je leeft zelfstandig, met je eigen voordeur, maar je woont niet alleen. Er is een gevoel van veiligheid, van samen zijn. Niet dat je met iedereen vrienden bent, maar dat hoeft ook niet. Hoewel ik zeker wel nieuwe vriendschappen heb gesloten. Om dat als zeventiger nog mee te maken, is wel een bijzondere ervaring, moet ik zeggen.”
Veel activiteiten, geen verplichtingen
Het leuke aan gemeenschappelijk wonen is dat er het nodige wordt georganiseerd. Wekelijks is er een etentje met een groep van 25 tot 30 mensen. We hebben daarvoor een kookgroep die rouleert, en we eten vaak met de oogst van onze eigen moestuin op het dak. In de zomer gaan we soms met een groepje zwemmen bij het stadstrand. En zo zijn er nog tal van activiteiten en allerlei ‘groepjes’ die actief zijn, van yoga tot een koor. Ik hou zelf van koken, dus ik vind het leuk om mee te doen aan de kookgroep. Maar niets is verplicht. Je kunt ook gewoon je deur dichtdoen en je eigen gang gaan.
Sterker sociaal netwerk
Wat ik mooi vind aan wonen op de Ebbingehof, is dat het voelt als een moderne vorm van nabuurschap. Als iemand ziek is, is het meteen: kunnen we wat doen? Boodschappen, even helpen in huis, een maaltijd brengen. Een klein gebaar, maar met groots effect. In Denemarken komt gemeenschappelijk wonen nog veel meer voor. Onderzoek daar laat zien dat het leidt tot minder eenzaamheid, meer beweging, een sterker sociaal netwerk. En dat snap ik wel. Vooral als je gestopt bent met werken, mis je vaak een dagritme, collega’s, structuur. Door gemeenschappelijk wonen wordt dat deels opgevangen. Je hoeft maar even de gang op of naar de gezamenlijke ruimte te lopen, en je hebt een praatje.’
Zeggenschap én eigenaarschap
‘Alle woningen hier zijn huurappartementen. Sommige bewoners hebben hun oude huis verkocht en een deel van dat geld uitgeleend aan de stichting, die eigenaar is van het gebouw. Die mensen krijgen daar rente voor, en die wordt verrekend met de maandelijkse huur. Zo voelt het niet alsof je alleen huurt, maar ook echt bijdraagt aan de plek waar je woont. Het geeft een gevoel van eigenaarschap. Bovendien bestaat het stichtingsbestuur volledig uit bewoners, dus we beslissen samen over het beheer en de financiën. Dat zorgt voor betrokkenheid én zeggenschap. Je woont hier als huurder, maar het voelt toch een beetje alsof het van jezelf is.’
De moeite waard
‘Wat ik anderen wil meegeven? Laat je bij dit type woonvorm niet afschrikken door het woord ‘gemeenschappelijk’. Veel mensen denken: dan moet er van alles. Maar dat is niet zo. Je kunt prima samen wonen én je vrijheid houden. En: begin op tijd. Crowdbuilding is een proces dat jaren kost. Alle processen met gemeente en instanties duren vaak lang. Dus denk na over hoe je oud wilt worden, zelfs als je je nog jong voelt. Want je woonsituatie bepaalt zóveel. En samen iets opbouwen, zoals wij hebben gedaan, is echt de moeite waard.’
Benieuwd wat voor crowdbuildings-initiatieven er zijn bij jou in de buurt? Op www.crowdbuilding.com zie je op welke plekken je in Nederland terecht kunt.
Geen reacties keyboard_arrow_down